In juni zijn er vier avonden georganiseerd over de vorming van een wijkalliantie voor onze buurt. Deze avonden waren een groot succes dankzij jullie deelname. We spraken met elkaar over hoe we als bewonersgroep, samen met partners zoals de gemeente en zorginstellingen, de stem van de bewoners het beste kunnen vertegenwoordigen.
We hebben veel gehoord en gezien dat er een zekere moeheid is van het vele vergaderen, het ophalen van informatie en het begrijpelijke wantrouwen of dat wel iets gaat opleveren. Toch waren we blij om zo’n 5 tot 10 nieuwe gezichten te zien, en we hopen dat ze zich blijvend bij ons zullen aansluiten. Het is ons niet gelukt om iedereen persoonlijk te spreken over hoe ze deze avonden hebben ervaren en of er vertrouwen is in de aankomende wijkalliantie.
Uit de gesprekken bleek wel één ding heel duidelijk: veiligheid in de wijk en het opbouwen van vertrouwen staan bovenaan de prioriteitenlijst. Veel bewoners hebben in het verleden veel beloftes gehoord, maar zagen daarvan weinig concrete resultaten terug.
We willen geen lange terugblik geven, maar wel kort de kansen, risico’s, sterktes en bedreigingen per punt benoemen die we mogelijk voorzien voor de wijkalliantie.
Tot slot vinden we het een gemiste kans dat er te weinig gebruik is gemaakt van de kennis en ervaring die het Bewonerscollectief Osdorp de Punt door de jaren heen heeft opgebouwd. Daarom gaan we voor een evaluatie en een gesprek over dit specifieke punt een aparte afspraak maken met projectleider Dilek.
Kansen
• Meer samenwerking met meerdere bewoners.
• We leren sneller wijkpartners, zoals zorginstellingen of team veiligheid van de gemeente Amsterdam sneller te bereiken.
• We kunnen prioriteiten voor wijkpartners meebepalen.
• Aanspraak maken op nieuwe geldstromen en wijkbudgetten. Een formele alliantie kan officiële aanvragen doen voor budgetten die voor individuele bewoners niet toegankelijk zijn.
• Ontwikkelen van eigen wijkinitiatieven.
Denk aan het opzetten van een buurttuin, voor gereedschap, of het organiseren van wijkfeesten, wat de sociale cohesie direct versterkt.
• Een officieel en erkend aanspreekpunt worden.
Voor wijkpartners, ondernemers of de media wordt de alliantie de logische eerste partij om mee te praten, wat de invloed van de wijk vergroot.
Risico’s
• Het is de volgende praatgroep zonder mandaat van wijkpartners.
• De bewoners worden wel aangehoord, maar de wijkpartners bepalen alles zelf.
• Er is weinig vertrouwen door bewoners dat de wijkalliantie door een te kleine groep bewoners wordt bemenst.
• Uitputting bij de actieve kern. Als het werk continu op de schouders van een kleine groep rust, is er een risico op burn-out en het stilvallen van de alliantie.
• Interne onenigheid over prioriteiten en doelen. De ene bewoner vindt verkeersveiligheid het belangrijkst, de ander groenvoorziening. Zonder duidelijke focus kan er interne strijd ontstaan die de alliantie verlamt.
• Lage opkomst en afnemende betrokkenheid na de startfase. Het enthousiasme van het begin kan wegzakken, waardoor de alliantie haar representativiteit en daarmee haar legitimiteit richting wijkpartners verliest.
Sterkte
• Een grote groep bewoners heeft meer invloed/wordt serieuzer genomen.
• Bewoners hebben sneller aanspraak bij wijkpartners, waardoor de wijk meer aan de hand van bewoners wordt ingericht.
• Er gaat meer subsidie geld direct naar de wijk in plaats dat dit naar organisaties gaat en waar het onduidelijk is waar het geld blijft.
• Gebundelde wijkkennis en de ‘ogen en oren’ van de buurt. De bewoners bezitten samen een schat aan lokale kennis over wat er speelt, wat wel en niet werkt en waar de knelpunten zitten; kennis die professionals vaak missen.
• Hoge mate van betrokkenheid en intrinsieke motivatie. In tegenstelling tot professionals die hun werk doen, worden de bewoners gedreven door een directe wens om hun eigen leefomgeving te verbeteren.
• Flexibiliteit en korte lijnen. Een bewonersgroep kan sneller schakelen, een bijeenkomst organiseren of op een probleem reageren dan een logge, bureaucratische organisatie als een gemeente.
Bedreigingen
• Veranderingen in beleid of personeel bij wijkpartners. Een nieuw college in de gemeente Amsterdam of een reorganisatie bij een zorginstelling kan betekenen dat opgebouwde relaties en gemaakte afspraken plotseling verdampen.
• Gemeentelijke bezuinigingen die wijkbudgetten of ondersteuning raken. Als de gemeente moet bezuinigen, zijn subsidies voor bewonersinitiatieven of de inzet van wijkambtenaren vaak een van de eerste posten die geraakt worden.
• Externe negatieve ontwikkelingen in de wijk. Grote problemen zoals een sterke toename van criminaliteit of de komst van zware overlastgevende bewoners kunnen het draagvlak en het optimisme ondermijnen.
• De landelijke politiek heft de Nationaal Programma’s op.